Grootschalige woningbouw door investeren in spoorverbindingen

Noordelijk Nederland wil een kwart van de nationale woningbouwopgave voor zijn rekening nemen. De provincies Drenthe, Flevoland, Fryslân en Groningen kunnen ca. 220.000 woningen extra bouwen bovenop de reeds bestaande plannen en afspraken. Een snelle spoorverbinding met de Randstad - de Lelylijn - is daarvoor vereist naast verbetering van bestaand spoor, de Nedersaksenlijn en de IJmeerlijn.

Dit staat in Bouwstenen voor het Deltaplan, een gezamenlijk plan van de provincies Drenthe, Flevoland, Fryslân en Groningen en de gemeenten Assen, Emmen, Groningen en Leeuwarden. Het plan is gericht aan de Tweede Kamer en het nieuw te vormen kabinet. De Tweede Kamer vroeg in december 2020 unaniem om een “Deltaplan voor en van het Noorden”, een Deltaplan dat bijdraagt aan het toekomstig groeivermogen van Nederland.

De vier provincies zien mogelijkheden voor de bouw van 220.000 extra woningen, bovenop de bestaande 100.000 woningen die zij al willen realiseren. Het gaat om 45.000 voor Drenthe, 80.000 voor Flevoland, 45.000 voor Fryslân en 50.000 voor Groningen.

De gezamenlijke visie voor wonen, economische ontwikkeling en bijbehorende bereikbaarheid kan niet zonder een samenhangend pakket van drie investeringen in het spoornetwerk: de Lelylijn als snelle verbinding Randstad-Noorden (met 40 minuten reistijdwinst), verbetering van bestaand spoor (Amsterdam-Almere-Zwolle-Groningen/Leeuwarden en Emmen-Zwolle), alsmede de Nedersaksenlijn. Ook benadrukt het plan het belang van ruimte op het spoor tussen Lelystad en Amsterdam om de bereikbaarheid van Almere en Lelystad en daarmee van heel Noord-Nederland te garanderen, onder andere door de aanleg van de IJmeerlijn.

Investeren in infrastructuur verbetert het vestigingsklimaat en daarmee de economische positie. De investeringen in infrastructuur zijn geraamd op eenmalig 9,5 miljard euro. De baten wegen daar royaal tegen op. Als de economische potentie van Noordelijk Nederland ten volle kan worden benut, dan groeit de waarde van de regionale productie van goederen en diensten met zo’n €24 miljard per jaar. Niet alleen Noordelijk Nederland profiteert van deze economische groei, maar ook Nederland als geheel.