IndyCar-seizoen afgesloten met spectaculaire finale, pech Van Kalmthout

In de straten van St Petersburg in Florida is zondag het seizoen in de IndyCar Series afgesloten. In maart zou het seizoen er zoals gebruikelijk beginnen, maar dat werd op de vrijdag van het raceweekeinde afgeblazen, gevolgd door een lange COVID-19-pauze. Het seizoen kwam toch op gang en in St Petersburg stond zondag dan de beslissing op het programma.

Polesitter Will Power en Alexander Rossi begonnen vooraan, voor Colton Herta en James Hinchcliffe en met Rinus van Kalmthout - kersvers Rookie of the Year - op de negende stek. Die posities veranderden in de eerste ronden allemaal niet, maar na een handvol ronden viel Power na een fout drie plekken terug.

Van Kalmthout kwam na dik tien ronden vrij vroeg binnen om de zachte banden in te ruilen voor hardere exemplaren, het gros van de andere coureurs volgde een ronde of twintig later voor de omgekeerde switch. Zo kwam Van Kalmthout, die erg lekker op dreef was, wel naar de vierde plek, hoewel hij dan ook weer de tweede stop begon te naderen.

Na een kleine veertig ronden viel Power definitief weg, wat een caution veroorzaakte. Een paar man kwam een tweede pitstop maken, maar het ging daarbij niet om de voorste heren. Rossi vertrok als leider bij de herstart, die een paar ronden duurde: Santino Ferrucci parkeerde zijn auto in de bandenstapen en zorgde voor een nieuwe caution.

Tijdens deze caution moest Van Kalmthout wel binnen komen, de eerste twaalf deden dat allemaal niet en dus zakte hij flink weg. Gelijk bij de herstart ging het wéér fout: achterin het veld probeerde Supercars-grootheid en IndyCar-debutant Scott McLaughlin een ietwat enthousiaste aanval te plaatsen, waardoor hij in de rondte ging en tegen Van Kalmthout op reed, einde verhaal voor McLaughlin en veel achterstand voor de Nederlander.

Met Rossi, Herta, Hinchcliffe en Josef Newgarden voorop konden we dan eindelijk weer racen. Scott Dixon reed op plek zes en dat was ruim voldoende voor de titel, ook als concurrent Newgarden zich naar plek één op zou werken. Marco Andretti was ondertussen ook lekker bezig: hij had wél een tweede stop gemaakt en schoof van plek twaalf rap door naar de achtste stek.

Herta verloor op tweederde van de race een plek na een remfout, Newgarden kwam vanaf plek vier als eerste topper binnen voor zijn in principe laatste stop. Rossi en vervolgens Hinchcliffe en ook Herta volgden, maar met dertig ronden te gaan volgde een caution: Rossi, de grootste kanshebber op de zege, ging in de fout, dook de rondte in en zag zijn race tot een treurig einde komen.

Kort na de volgende herstart ging het ook alweer fout: Takuma Sato tikte Andretti's band lek, waarna Andretti - die om de 22e plek in het kampioenschap en dus anderhalf miljoen dollar streed - in de banden eindigde. Hinchcliffe, rijdend op plek twee, spinde terwijl de caution er al was en reed bij het betreden van de baan als een ware amateur zijn voorvleugel kapot op Jack Harvey.

Alex Palou reed bij de herstart ineens op kop, maar Newgarden ging met een geweldige actie naar de leiding, zijn enige kans om de titel nog te pakken - hoewel Dixon dan nog wel een plek of zeven terug moest vallen. Het groen duurde ongeveer een rondje, daarna reed Oliver Askew zijn auto de bandenstapel in en kon de gele vlag alweer gezwaaid worden.

Dat het wat cautions betreft een beetje uit de hand begon te lopen werd duidelijk gemaakt door oud-coureur Oriol Servia, tegenwoordig bestuurder van de safety car: de Spanjaard gaf aan dat er niet genoeg brandstof meer in zijn bolide aanwezig was en parkeerde de fraaie Honda maar langs de baan aan het einde van de pitstraat.

Met zeventien ronden te gaan werd het groen dan weer gezwaaid met Newgarden, Herta en Dixon voorop, hoewel Pato O'Ward gelijk voorbij Dixon ging. De Mexicaan was geweldig op dreef, passeerde ook Herta en viel Newgarden aan, terwijl Herta zich verremde en tien plekken inleverde. O'Ward kon zijn aanval niet plaatsen en zo reed Newgarden langzaam maar zeker weg.

Eindelijk bleef het even rustig en Newgarden reed naar de overwinning, voor O'Ward en Dixon, die daarmee maar liefst voor de zesde keer gekroond werd tot IndyCar-kampioen.