Frijns valt uit in DTM-race Zolder, Rast slaat toe

De tweede DTM-race van het weekeinde in het Belgische Zolder heeft bepaald geen succes opgeleverd voor Robin Frijns, die op zaterdag nog tweede werd. De Nederlander viel uit en zag een van zijn twee concurrenten de winst pakken.

De race begon met een wat verrassende eerste rij: Timo Glock en Sheldon van der Linde stonden in hun BMW's vooraan, voor René Rast en Ferdinand Habsburg, met teamgenoten Nico Müller en Robin Frijns op de zevende en achtste plek. Rast kende een geweldig start, Glock schoof in de eerste bocht gelijk het grind in.

Rast nam zo de leiding, Mike Rockenfeller, Van der Linde, Frijns en Müller volgden. Frijns kwam al rap langs Van der Linde, Glock stopte erg vroeg in de hoop er zo nog iets van te maken. Frijns kwam na een kwartier binnen en dat ging wel soepel, maar het verlaten van de pitstraat bleek een grotere uitdaging: de auto reageerde niet op het stuur, Frijns knalde tegen de vangrails en zette zijn gehavende Audi aan de kant.

Rast en Rockenfeller kwamen gelijk binnen en dat bleek prima timing: de safety car kwam de baan op, Van der Linde en Müller leken te laat te zijn. Marco Wittmann had precies geluk en kwam na zijn ogenschijnlijk perfect getimede pitstop zelfs voor Rast de baan op, waarmee hij de virtuele leiding van de race in de schoot geworpen kreeg.

Met Van der Linde en Müller voorop werd de race hervat, de Zwitser pakte daar de leiding. Van der Linde kwam snel binnen en viel terug naar plek dertien, Müller kwam even later na zijn stop als negende de baan weer op en Wittmann had de leiding, voor Rast en Rockenfeller. De stop van Wittmann bleek een kwartier voor het einde niet zo perfect getimed als gedacht: hij moest toch nog naar binnen, zijn safety car-stop telde niet.

In een verder nogal gezapige slotfase reed Rast onbedreigd naar de winst, voor Rockenfeller. Ver daarachter was plek twee voor de verrassende Lucas Auer, die na zijn verrassende zege op de Lausitzring zo een tweede podiumplek van het jaar pakte. Glock herstelde zich nog naar een vierde plek, Müller werd negende.