Messi behoedt Barcelona met sublieme invalbeurt voor blamage

Barcelona heeft zondagavond een moeizame overwinning geboekt in LaLiga. De koploper speelde in het eigen Camp Nou geen grootse wedstrijd tegen middenmoter Leganés, maar wist de krachtmeting in de laatste twintig minuten toch nog naar zich toe te trekken: 3-1. Lionel Messi nam Barcelona als invaller bij de hand en zorgde ervoor dat men nu na twintig speelrondes weer een voorsprong van vijf punten heeft op achtervolger Atlético Madrid.

Barcelona begon zonder Messi, die rust kreeg met het oog op de Copa del Rey-wedstrijd van aanstaande woensdag tegen Sevilla, maar dat leek de ploeg van Ernesto Valverde aanvankelijk niet te deren. De koploper speelde een degelijke eerste helft onder aanvoering van uitblinker Ousmane Dembélé en wist na ruim een halfuur voetballen de ban te breken. Dembélé schoof de bal vanaf een meter of twaalf beheerst binnen op aangeven van Jordi Alba, nadat hij de aanval zelf in eerste instantie had opgezet met een fraaie beweging.

De openingstreffer kwam voor Barcelona op het juiste moment. Leganés werd in de openingsfase weliswaar achteruitgedrukt, maar de formatie van trainer Mauricio Pellegrino verweerde zich kranig en hoefde pas in minuut 31 de eerste serieuze kans te incasseren. Dembélé had een fraai balletje in huis op Luis Suárez, maar de Uruguayaanse wist het leder vervolgens niet op doel te krijgen. Kort erna zorgde Dembélé alsnog voor de 1-0, zodat Barcelona met een voorsprong aan de thee kon.

Kort na de onderbreking liet Dembélé zich opnieuw gelden, ditmaal met een fraai hakje waarmee hij Philippe Coutinho voor het doel zette. Het schot van de Braziliaanse middenvelder vloog vervolgens echter naast. Barcelona leek zodoende voornemens om snel verder afstand te nemen van Leganés, maar de Catalanen moesten na 57 minuten een flinke tegenvaller incasseren. Youssef En-Nesyri werd aan de rechterkant van het veld bereikt door een pass van achteruit, waarna de Marokkaan de bal laag voor het doel bracht. Martin Braithwaite was daar ontsnapt aan de aandacht van Gerard Piqué en kon voorts eenvoudig de 1-1 tegen de touwen werken.

Kort na de gelijkmaker schoot Dembélé voorlangs, maar doordat Barcelona verder weinig kansen wist te creëren, werd Messi na 64 minuten voetballen alsnog binnen de lijnen gebracht door Valverde. De Argentijnse superster had uiteindelijk zeven minuten nodig om zijn stempel op de wedstrijd te drukken: Messi dwong Iván Cuéllar met een afstandsschot tot een fraaie redding, maar doordat de doelman de bal niet wist te klemmen, kon Suárez de 2-1 op het scorebord brengen. Cuéllar claimde nog wel een overtreding van Suárez, maar daar wilde de arbitrage niets van weten. Messi zorgde zelf in de blessuretijd uiteindelijk voor het slotakkoord, door na een fraaie combinatie met Alba overtuigend raak te schieten. Smet op de zege voor Barcelona was het geblesseerd uitvallen van Dembélé in de tweede helft.