Het WK atletiek zit er, met het afscheid van Bolt, weer op.

Het was een leuk weekje topsport tijdens het WK atletiek in Londen. In de NOS-studio oud-110 meter hordeloper Gregory Sedoc, een prettig ogende, meelevende, deskundige analist. Ter zaken kundig noemt men dat. Dione de Graaff was, als presentatrice en aangeefster, meer op haar plaats dan bij het voetballen en schaatsen. Plus dat ze natuurlijk zoals altijd onze huiskamers verwarmde met haar stralende televisielach. De zak hooi die van voren Jeroen heet en van achteren Stekelenburg hebben ze duidelijk alleen op zijn achternaam aangenomen. Je gaat bijna naar de belegen Marga van Praag of Annet van Trigt terugverlangen. De NOS kennende zitten we nog minstens 30+ jaar met hem opgescheept. Edward van Cuilenborg is er ooit ook zo binnengerold. Als zoon van de hoofdredacteur van de Voetbal International hoefde hij in zijn sollicitatie-kruiwagen weinig ballast mee te sjouwen.

Er waren op het WK af en toe grappige en pijnlijke verrassingen te zien. Soms mede veroorzaakt door de Britse organisatie of de Wereld Atletiek Unie zelf. Zoals de Jamaicaanse megaster Usain Bolt overkwam voor de 4x100 meter finale, waar hij en andere atleten een half uur in de kou moest wachten voor ze het stadion in mochten. Het zweet van de warming up verdampte, de opgewarmde spieren verkoelden en werden weer stram. Met als gevolg kramp in zijn hamstring, waardoor hij uitviel in wat zijn laatste feestje had moeten worden. Een zekere medaille werd hem daardoor ontnomen. Iets dat ook een favoriete 400 meterloper uit Botswana overkwam. Hem werd, vlak voor de finale, de toegang tot het stadion ontzegd. Hij had volgens de officials een dag eerder iets te lang op de WC gezeten. Er zou besmettingsgevaar voor andere lopers zijn. Alsof je vlak voor de finale nog buikloop kunt krijgen.

Er waren, evenals twee jaar geleden, weer Nederlandse medailles. Zelfs goud op de 200 meter door een struise, blonde wereldvedette. Naar eigen zeggen op topniveau presterend op een dieet van pindakaas en ijsbergsla. Gezien haar stalen zenuwen en ijskoude mentaliteit op het moment suprème klinkt dat zeker geloofwaardig. Wel aan te raden aan Dafne is, gezien haar acne, om minder suiker op de pindakaas te strooien. Niet dat ik weet of dat de oorzaak is, daarvoor heb ik er te weinig kaas van gegeten. Aan haar techniek hoeft zeker niet meer geschaafd te worden. Scherp als een vlindermes vliegt ze door de bochten. Dat is er vanaf jongs af aan al perfect ingeslepen.

Nederlandse hoop voor de toekomst op de 100 meter horden diende zich ook aan. Nadine Visser komt net zoals Dafne Schippers voort uit de zevenkamp. Een mooie finaleplaats werd haar deel. Als ze zich helemaal toelegt op dit onderdeel ligt er misschien wel iets nog mooiers in het verschiet. De eerste hordes daarvoor heeft ze al glansrijk genomen. Sifan Hassan, de tot Nederlandse genaturaliseerde langeafstandloopster, presteert al jaren op het hoogste plan. Hoeft geen eerste hordes meer te nemen. Als één van de favorieten werd ze helaas slechts vijfde op 'haar' afstand, de 1500 meter. De teleurstelling was zo groot dat ze, na de finale, voor de camera van de NOS alleen maar stamelend, vol onbegrip kon reageren. Daarom was haar revanche op de slotdag goud waard. Het winnen van brons op de 5000 meter kwam als een verrassing en smaakte als Goudse kaas vers van het mes.

Verder was het mooi dat de Amerikanen en Britten niet overdreven veel mochten en konden juichen. Perfect geïllustreerd door het laatste nummer, de 4x400 meter. Eén van de hoogtepunten van dit WK eindigde met een verrassende en mede daardoor schitterende overwinning voor de specialisten uit Trinidad en Tobago. Amerika moest na jaren onverslaanbaar te zijn geweest genoegen nemen met zilver.

Het eerbetoon voor Usain Bolt als groots sluitstuk van dit WK was meer dan terecht. De beste sprinter ooit, misschien zelfs de beste atleet ooit, nam afscheid zonder goud op dit WK. De lauwerkrans van succes zal echter voor eeuwig op zijn schouders rusten. Hij laat een met goud besprenkelde carrière achter zoals nog nooit is vertoond. Misschien wordt het ooit als film vertoond, zoals zijn Jamaicaanse landgenoten, de olympische bobsleeërs overkwam. Die werden als sporters niet serieus genomen. Dat zal Bolt nooit overkomen. Op zijn lauweren rusten zal hij zeker niet. Hij heeft zelfs zijn ambitie uitgesproken om voetballer te worden. Dat was ook de grote passie van Bob Marley. De twee grootste Jamaicanen met dezelfde liefde voor de grootste sport ter wereld. Het bobsleeën zal ze koud laten. Ze hebben samen één liefde. De Jamaicaan koestert hen beiden. Staat als één volk achter deze legendes. One Love, One Heart.