Toilethygiëne 2017: over deurklinken en piemels

Leuk feitje: als je een wc doorspoelt, creëer je een mist van fijne waterdruppeltjes, urine en poepbacteriën die door de toiletruimte waaien. Deze vloeistof landt zo ongeveer overal op: je kleding, de spiegel, de kraan van de wasbak, de muur. Een smakelijke gedachte als je nog eens op een publiek toilet zit, waar per dag duizenden mensen hun behoefte doen.

Wat ook een onfris gebruik is van ons Nederlanders, is de wijze waarop wij ons reinigen na te hebben gepoept. De bruingekleurde massa die ons rectum verlaat is een broedplaats van ziekmakende bacteriën, zoals de E.coli-bacterie. Maar in plaats van ons achterste een wasbeurt te geven, gaan we aan de slag met een dun velletje papier. We vegen een aantal keer, tot we constateren dat de verkleuring van het velletje minimaal is. De kans dat je in dit proces je handen bevuilt is aanzienlijk. Weer een prettig idee de eerstvolgende keer dat je die trucker bezweet uit het wc-hokje ziet stappen.

Handen wassen in 2017

Deze onwelriekende overdenkingen had ik op het vliegveld van Vancouver, toen ik mijn handen stond te wassen na een toiletbezoek. Men weet in 2017 toch wel waarom wassen met water en zeep zo belangrijk is, toch? Nou, nee. Een aanzienlijk deel van de mannen wandelt de gulp nog dichtritsend direct naar de exit toe. Als ik net na een van hen de deurklink vastgrijp, is het toch alsof ik kort iemands piemel beroer.

Dan is er de groep mensen die dénkt de handen te wassen na een wc-bezoek. De kraan wordt opengedraaid, en voor een seconde of twee worden de handen uit beleefdheid afgespoeld met water. De kraan wordt weer dichtgedraaid, de handen droog geveegd aan de broek en de weg wordt weer vervolgd. Dit helpt misschien om de grote gele druppels van de handen weg te spoelen, maar bacteriën steken lachend hun microbenmiddelvingertjes naar je op. Zij voelen zich heerlijk in de vetachtige substanties die aan je handen blijven plakken wanneer je een deurklink, telefoon of andermans hand vastpakt. En vetten houden niet van water, dus je kunt spoelen wat je wilt - vet blijft zitten waar het zit.

Zeep dus

Was die handen dus met zeep. Sinds Semmelweis halverwege de 19e eeuw constateerde dat een goede handhygiëne de verspreiding van ziektes tegengaat, is de handzeep niet meer weg te denken uit ons leven. Toch heeft nog niet iedereen dit nieuwtje meegekregen op Twitter: uit onderzoek blijkt dat slechts 50% van de mannelijke toiletbezoekers gebruik maakt van zeep bij het wassen van de handen. En van de mensen die al de moeite nemen om het pompje aan te raken, doet bijna iedereen het verkeerd (95%): de zeep wordt op de droge handen aangebracht en vervolgens simpelweg afgespoeld, of de hele handenwasroutine duurt maar vier seconden.

De wetenschap van het handen wassen is zo klaar als een k(l)ontje: maak je handen nat, wrijf ze tenminste vijftien seconden in met zeep, spoel je handen af en droog ze met een stuk papier. Dan hoef ik bij het vastpakken van een deurklink niet te denken wiens piemel ik nu eigenlijk aanraak.

‘Deze column werd geschreven door Job van schrijverscollectief Kaf.’