FOK!toen: Het begin van de Eerste Wereldoorlog

Vandaag gaan we in FOK!toen maar liefst 100 jaar terug in de tijd. Het was namelijk op dinsdag 28 juli 1914 dat de 'den groote oorlog' begon, een strijd die later bekend zou worden onder de noemer Eerste Wereldoorlog. Oostenrijk-Hongarije had Servië op die dag namelijk de oorlog verklaard vanwege de moord op Franz Ferdinand, die exact een maand eerder plaats had gevonden. Oostenrijk-Hongarije was ervan overtuigd dat Servië de opdrachtgever was van Gavrilo Princip, de moordenaar van de aartshertog en zijn vrouw in Sarajevo. Later zou blijken dat Princip slechts deel uitmaakte van een Servische verzetsbeweging. Deze oorlogsverklaring van Oostenrijk-Hongarije was als een brandende lont in een kruitvat en zorgde voor een kettingreactie van oorlogsverklaringen.

Uit De Volksstem van 28 juli 1914
Uit De Volksstem van 28 juli 1914

De voorgaande jaren
Vanaf 1900 heerste er grote onrust in de Balkan, een gebied bestaande uit de landen Montenegro, Albanië, Servië, Roemenië en Bulgarije. Deze onrust kwam vooral doordat het Ottomaanse Rijk steeds meer van haar macht begon te verliezen. Oostenrijk-Hongarije, Rusland, maar vooral Italië hadden veel interesse om deze landen over te nemen om meer macht te krijgen. Oostenrijk-Hongarije en Duitsland werden bondgenoten, terwijl Rusland druk bezig was om meer gebied van het toenmalige Ottomaanse Rijk over te nemen.

In 1908 bezet Oostenrijk-Hongarije Bosnië-Hercegovina. Rusland en Servië reageren furieus maar verder gebeurde er maar weinig. Aangezien zowel Frankrijk als Groot-Brittannië er geen heil in zagen om op te treden tegen de bezetting zag ook de Russen af van verdere actie. Wel beloofden ze aan Servië dat ze zouden optreden als er een aanval op het land zou worden gedaan.

Uit Het Centrum van 19 juli 1914
Uit Het Centrum van 19 juli 1914

Een twee-frontenoorlog
Het Duitse keizerrijk was een trouwe bondgenoot van Oostenrijk-Hongarije en verklaarde op 1 augustus 1914 de oorlog aan Rusland, die op zijn beurt weer een bondgenoot van Servië was. Rusland was ook een bondgenoot van Frankrijk die als reactie haar troepen strijdklaar maakte. Op 3 augustus verklaarde Duitsland ook de oorlog aan Frankrijk. Duitsland zat nu wel met een probleem waar men al een tijd bang voor was geweest: een oorlog op twee fronten. In het oosten tegen de Russen en in het westen tegen Frankrijk.

Een kaartje van de situatie rondom de Noordzee in 1914
Een kaartje van de situatie rondom de Noordzee in 1914

Al vanaf de jaren negentig van de 19e eeuw was men in Duitsland bezig geweest met het bestuderen van een oorlogssituatie met een tweetal oorlogsfronten. Het Duitse opperbevel ging er vanuit dat het Duitse leger niet opgewassen was tegen zowel de legers van Rusland als Frankrijk en de Duitse generaal Alfred von Schlieffen bedacht een gewiekst plan om eerst de Franse legers uit te schakelen waarna men zich kon concentreren op de strijd aan het oostfront tegen de Russen.

Het Schlieffenplan bestond uit een grootschalige cirkelvormige troepenverplaatsing door Nederland en Belgie, waarna Frankrijk over een breed noordelijk front kon worden aangevallen. Het oorlogsplan negeerde daarbij de neutraliteit van haar buurlanden. Op deze wijze zou men Frankrijk in een tijdsbestek van 42 dagen uitgeschakelen. Een zwak punt van het Schlieffenplan was het feit dat het plan door militairen was bedacht, die geen rekening hielden met de politieke situatie van die tijd. Zo wou Frankrijk eigenlijk helemaal niet in de crisis in de Balkan betrokken worden maar door de oorlogsverklaring van Duitsland konden ze niet meer aan deze situatie ontkomen.

Uit De Volksstem van 2 augustus 1914
Uit De Volksstem van 2 augustus 1914

De eerste slachtoffers van de oorlog
De Franse korporaal André Peugeot en de Duitse onderluitenant Albert Mayer deelden samen een nogal triest record. De twee mannen waren namelijk de allereerste slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog. De 21-jarige Peugeot was een voormalig onderwijzer die in 1913 vanwege de dienstplicht het leger in moest. De lichting van Peugeot had pech en moest niet twee maar drie jaar in militaire dienst. Men was er namelijk van overtuigd dat men door het verlengen van de dienstplicht weer een net zo sterk leger kon krijgen als dat de Duitsers hadden.

Albert Mayer was een Tweede-Luitenant in het 5e regiment jagers te paard in het Duitse Keizerlijke leger en was gelegerd in Mülhausen. Op 1 Augustus 1914 leidde Mayer een patrouille op een verkenningsmissie in de buurt van Joncherey in de Franse gemeente Belfort. Het was zijn taak om Franse troepenbewegingen te rapporteren, een gevaarlijke missie waarbij de kans op overleving nihil was. Op de avond van 1 augustus waren Mayer en Peugeot nog maar zo'n 15 kilometer van elkaar verwijderd.

President Poincaré gaf de volgende ochtend te weten dat geen enkele Franse soldaat zich in een zone van 10 kilometer van de Duitse grens mocht bevinden. Frankrijk wilde voorkomen dat men later zou kunnen zeggen dat zij de oorlog zelf hadden uitgelokt. Peugeot en zijn medesoldaten kregen de opdracht om zich terug te trekken naar het plaatsje Joncherey. Samen met een viertal soldaten moest Peugeot vlak buiten Joncherey een wachtpost instellen en iedereen die uit de richting van Faverois kwam controleren.

Niet lang daarna ging de telefoon in het kwartier van Mayer en zijn eenheid. De mannen moesten als eerste de Franse grens over om de Franse troepenbewegingen bij Belfort te observeren. Mayer en zijn patrouille reden een tijdje ongestoord op Frans grondgebied, met stomheid nagekeken door lokale inwoners. In Joncherey sloeg de klok die ochtend net 10 uur toen er opeens alarm werd geslagen. De Pruisen waren in aantocht. Mayer was op zijn beurt ook verrast toen hij een jonge Franse soldaat op wacht zag staan.

Peugeot schreeuwde dat de Duitse eenheid gevangen genomen was door het Franse leger, maar Mayer had daar duidelijk andere mening over. Hij trok zijn pistool en schoot driemaal op Peugeot, die dodelijk door een kogel werd getroffen. Andere soldaten uit de Franse patrouille schoten vervolgens op Mayer die in zowel zijn hoofd als buik werd geraakt. De man overleed ter plekke. Hoewel de Eerste Wereldoorlog officieel pas een dag later zou beginnen worden Peugeot en Mayer in het algemeen als de eerste slachtoffers van de moeder aller oorlogen gezien.

Koning Albert en een aantal Belgische officieren
Koning Albert en een aantal Belgische officieren

België
Op 31 juli was het gehele Belgische leger gemobiliseerd. Duitsland gaf de Belgen een ultimatum waarbij vrije doortocht aan de Duitse troepen verleend moest worden. Uiteraard wenste België daar geen gehoor aan te geven en wees op 3 augustus het ultimatum af. Toen Duitsland een dag later met haar troepen over de Belgische grens trok was er in eerste instantie nog weinig tegenstand. Engeland reageerde wel meteen op de neutraliteitsschending van Duitsland met een oorlogsverklaring tegen het land. Tenslotte lag de Belgische kust hemelsbreed maar zo'n 100 kilometer van de Britse kust. De Eerste Wereldoorlog was begonnen. Een oorlog waarvan men dacht dat deze wel weer voorbij zou zijn voor het einde van het jaar.

Uit Den denderbode van 2 augustus 1914
Uit Den denderbode van 2 augustus 1914